Skip to main content

Vooruitblik en presentatie selectie WZC 1 seizoen 2025-2026 | deel 2/3

Vorige week hebben jullie het eerste deel van de presentatie van de WZC selectie voor dit seizoen kunnen lezen, namelijk het begeleidingsteam.

Hierbij het tweede deel met een presentatie van de spelersgroep. Gezien de omvang van de groep, gesplitst in 2 delen. De volgorde van personen is ook nu weer bepaald op basis van het aloude alfabet. Een uitzondering voor de keepers, anders komen die allemaal in het laatste deel aan bod.

De spelersgroep is als volgt samengesteld:

Arjan Doppenberg: verdediger of verdedigende middenvelder. In de volksmond ook wel liefkozend Doppie genoemd. Beroemd zijn de doelpunten van Arjan als hij hoog in het luchtruim zwevend de bal tegen de touwen knikt. Of dat nu in het eigen doel is of dat van de tegenstander, het blijft indrukwekkend om te zien hoe Arjan opstijgt vanaf de groene mat. Ook in het bezit van een verwoestend linkerbeen, het rechterbeen is alleen voor het evenwicht om niet om te vallen.

Bram Roskam: aanvaller of verdediger, afhankelijk van de positie in het veld. Bram is de man die voorop gaat in de strijd. Een soort van tamboer-maitre, de man die voor het muziekkorps uitloopt al zwaaiend met zijn stok. Het grote gevaar is dat Bram zover voorop loopt, dat de anderen hem niet kunnen volgen. De rushes van Bram zijn dan ook bekend en berucht op de amateurvelden. Hierbij wordt menigmaal het hek opengezet om Bram vrije doorgang te verlenen.

Chris van Lith: linkspoot op het middenveld. Chris is de man van de snelle dribbelpas met zijn korte beentjes. Chris heeft een verfijnde traptechniek in combinatie met specifieke buikschuifcapaciteit. Chris is de man die de steekpassjes kan versturen. Niet de postbode die de pakketjes aan de deur brengt, nee Chris verstuurt ze gewoon aangetekend. Chris heeft als nadeel dat zijn kleine beentjes soms het tempo niet kunnen bijbenen wat hij in zijn hoofd heeft en daardoor loopt hij zichzelf nog wel eens voorbij.

David Langenberg: middenvelder. David is de man van het enorme loopvermogen, onvermoeibaar. Laufpensum zoals onze oosterburen zeggen. Het lijkt erop dat hij een zuurstoftank op zijn rug met zich meedraagt. Een speler die de gaatjes dicht op het veld, al valt dat op een kunstgrasveld wel mee. Duikt ook regelmatig op in het strafschopgebied van de tegenstander, om even later in het eigen strafschopgebied weer hand- en spandiensten te verrichten.

Ive Steenwoerd:  een groot vraagteken en op zoek naar de juiste plek in de ploeg. Na enige tijd te hebben rond gedoold op het veld, heeft Ive dan nu zijn plaats gevonden, namelijk de backplaats. Nog ietwat onwennig, maar met behulp van verkeersborden probeert de leiding hem de juiste richting mee te geven. Hij kiest graag zijn momenten kiest om in te schuiven op het middenveld. De keuze van deze momenten is afhankelijk van de stand van de zon en opkomende regenbuien. Voor de wedstrijd raadpleegt Ive dan ook nog even buienradar. Ive kijkt ietwat dromerig uit zijn ogen, dit komt niet door slaapgebrek, maar dat komt door zijn uitstraling. Of zou hij denken in een “dreamteam” te spelen.

Joep Kroes: aanvallende middenvelder. Hij kan een wedstrijd lezen zoals ze dat zeggen, maar wel het liefst als een stripboek met plaatjes. Joep heeft een goede trap, maar gebruikt deze hoofdzakelijk om thuis de heg te knippen. Beroemd zijn de aangesneden voorzetten van Joep, deze worden echter te weinig op waarde geschat door zijn medespelers. Het magische rechterbeen van Joep wil nog wel eens verwoestend uithalen, dit tot afgrijzen van de tegenstanders. Hij pikt regelmatig zijn doelpuntje mee en heeft daardoor al een aardig strafblad opgebouwd in de loop der jaren. Joep zal het gras niet opvreten. “Dat laat ik graag aan de koeien over” aldus Joep.

Jorn Kroes: aanvaller. Jorn kan op beide vleugels spelen, afhankelijk van met welk been hij uit bed is gestapt. Maar ook in het centrum is Jorn vaak te vinden. Ook weer een pure linkspoot. Jorn zijn bekende brilletje is verdwenen (Alva verloor zijn bril, zo ook Jorn). Hij kapt en draait zoveel, dat Jorn zichzelf regelmatig tegenkomt. Het is net als een auto op een rotonde die niet weet welke afslag te nemen en maar rondjes blijft draaien. Jorn kan ook op het middenveld spelen, mits deze op de helft van de tegenstander ligt.

Lars van Bussel: verdediger. Een speler met uitschuifbare benen. Zeer handig in bepaalde situaties. Een ouderwetse opruimer, het strafschopgebied moet schoon zijn en opgeruimd. Lars wil graag inschuiven naar het middenveld, maar dat is soms een probleem met zijn uitschuifbare benen. Hij struikelt dan nog wel eens over eigen benen voordat hij het middenveld heeft bereikt.

Martijn Andeweg: aanvaller. Kwikzilverachtige voetballer met een gouden linkerbeen. Speler met een enorme versnelling en zelfs daarna weet Martijn nog een soort van turboknop te vinden, waardoor hij niet te houden is. Ondanks zijn snelheid is het Martijn nog niet gelukt om sneller te zijn dan zijn schaduw (dat is tot op heden alleen Lucky Luke gelukt). De schijnbewegingen van Martijn zijn legendarisch en voor hem zelf ook moeilijk te volgen. Afhankelijk van de windrichting speelt Martijn het liefst van links of van rechts. Zijn specialiteit is het naar binnen komen en dan verwoestend uithalen. Soms in het netje, soms in het luchtledige, afhankelijk van welke vleugel Martijn komt.

Mike Mijnheer: spits. Speler met een opvallend reukorgaan, een scherp neusje. Een neusje voor het doel van de tegenstander. Dit reukorgaan is het laatste jaar nog sterker ontwikkeld. Sinds het moment dat Mike pappie is geworden en thuis met enige regelmaat de luiers moet verschonen. Dan wordt zijn reukorgaan optimaal geprikkeld en dat werkt positief door op het veld.  Volgens Mike is het verschonen van luiers geen appeltje eitje, maar voelt het aan als pap in de benen. Als spits wil Mike nog wel eens gaan zwerven over het veld. Dat moet Mike niet doen, als je de weg kwijt raakt, dan weet je ook niet meer waar het doel van de tegenstander is.

Rob Veltkamp: doelman. Rob heeft de vervelende eigenschap om de bal nog wel eens met de handen te willen pakken tijdens de wedstrijd. Rob is een keeper met katachtige reflexen in combinatie met momenten van “slakkengang”. Deze combinatie maakt hem tot een unieke doelman. Een doelman die op sommige momenten boven zichzelf uitstijgt als hij een bal uit de lucht plukt. Sterk op de lijn, als deze tenminste gekalkt is. Rob blijft naar de bal kijken, waardoor al het vrouwelijk schoon aan hem voorbij gaat.

Robert Riezebos: keeper. Robert noemt zichzelf liever doelman. Afkomstig uit Gællemuun (Genemuiden) waar hij is opgeleid tot doelman. Door een vervelende blessure is Robert in de lappenmand beland en is nu bezig er weer uit te kruipen. Robert is niet de grootste en oogt niet snel, maar zijn reflexen op de doellijn zijn legendarisch. Hij kan hiermee de supporters tot ontroering brengen en is zelf dan ook tot tranen geroerd (De troan’n miegelt t’hem oaver de wangn). Robert heeft verder een goede uittrap, mits het zicht goed is en er geen mistflarden rond het veld hangen.

Binnenkort volgt het derde deel met het laatste overzicht van de selectiespelers.

Een aandachtig toeschouwer